woensdag 13. 01. 2021 REGIO 5
Kookschrift met Indische recepten als
herinnering aan verblijf in Jappenkamp
Jo Janssen uit Blerick probeert al
zijn leven lang erachter te komen
wat zijn familie heeft meegemaakt
in de Jappenkampen in NederlandsIndië.
Zijn onderzoek heeft
een bijna museale verzameling
over het koloniale verleden van
Nederland opgeleverd.
Ode aan het Limburgs landschap
Limburgers die op creatieve wijze
een hommage te brengen aan de natuur
in hun omgeving, maken kans
op prijzen. Dat kan in de vorm van
foto’s, schilderijen, gedichten of verhalen,
maar middels andere culturele
uitingen zoals een kunstwerk,
muziek of dans. De mooiste odes
worden tentoongesteld dan wel opgevoerd
in de Kasteeltuinen Arcen.
Daarnaast maken deelnemers kans
op prijzen, waaronder een verblijf in
een van de vakantieaccommodaties
van het Limburgs Landschap.
Plannen om de Boshuizerbergen bij
Venray te ontginnen hebben in 1931
geleid tot de oprichting van Stichting
het Limburgs Landschap.
Sinds heeft de organisatie een flinke
groei doorgemaakt. Inmiddels beheert
de stichting meer dan 9000
hectare natuur in Limburg, verdeeld
over tachtig gebieden. NoordLimburg
telt er een kleine twintig,
van het Dubbroek tussen HoutBlerick
en Maasbree en het Venlose
Jammerdal tot de Eckeltse Bergen
in nationaal park De Maasduinen.
Daarnaast heeft het Limburgs
Landschap in de loop der jaren een
groot aantal monumentale gebouwen
verworven en gerestaureerd.
Waaronder kasteel Arcen, kasteelruïne
Bleijenbeek bij Afferden, de
Houthuizer molen in Lottum en
Huys Kaldenbroek tussen Lottum
en Grubbenvorst. Op dit moment
heeft de stichting 22 erfgoedlocaties
op haar naam. Natuurliefhebbers
kunnen het domein van de
stichting en de historie erachter dit
jaar zelf ontdekken aan de hand van
twaalf nieuwe wandel
en fietsroutes.
De Limburgse natuur en de schat
aan erfgoed die het landschap herbergt,
vormen sinds mensenheugenis
een onuitputtelijke inspiratiebron
voor creatieve mensen. De
stichting hoopt dan ook op odes in
de breedste zin van het woord, van
foto’s en verhalen tot beeldende
kunst en poëzie. Elke ode dient betrekking
te hebben op één of meer
gebieden en erfgoedlocaties van het
Limburgs Landschap. Alle inzendingen
worden beoordeeld door een
jury.
Elke deelnemer mag maximaal vijf bijdrages
sturen naar ode@limburgslandschap.
nl.
Dit kan ook in de vorm van een foto of video.
De inzendtermijn sluit op 1 juli.
Stichting het Limburgs Landschap
wil haar negentigste verjaardag in
2021 vieren met een ode aan het
landschap en heeft hiervoor een
wedstrijd uitgeschreven.
mystieke krachten aan worden toegeschreven.
Jo haalt een vrolijk
schortje tevoorschijn. „Gemaakt
door mijn moeder. Dat droeg ze dag
en nacht in het kamp om geld en persoonlijke
spulletjes in te bewaren.”
Een bijzonder stuk uit de nalatenschap
is ook het kookschriftje van
ma Janssen. „Stiekem met potlood
geschreven. Ruim 250 Indische recepten
staan erin. Moet je nagaan,
ze kwamen nog net niet om van de
honger. Bovendien mocht je niet
eens papier of potlood bezitten.”
NOORDLIMBURG
Weer vogels
tellen in tuin
en op balkon
Vogelbescherming Nederland
roept deze maand weer op om
vogels te tellen in de tuin en op het
balkon.
Kasteel Arcen, één van de erfgoedlocaties van het Limburgs Landschap.
FOTO DE LIMBURGER
Over zijn opvoeding zegt Jo: „Mijn
vader was een strenge, maar oprechte
man. Het geloof speelde een
belangrijke rol.” Zijn ouders werden
in de oorlog gescheiden en kwamen
elkaar na de overgave door de
Japanners toevallig weer tegen in
Bandung, de hoofdstad van WestJava.
Drieënhalf jaar hadden ze taal
noch teken van elkaar vernomen.
„Mijn zus herkende hem niet en wilde
niet geloven dat hij haar vader
was.”
Door zijn speurwerk is een bijzondere
collectie van documenten,
foto’s en voorwerpen ontstaan. In de
woonkamer hangt een kris, een in
dit geval Indonesische dolk waar
MIJN HOBBY
DOOR PIETER DUIJF
Na de capitulatie van Japan op 15
augustus 1945 kwam er ook een einde
aan de gevangenschap van duizenden
Nederlanders in de vele Jappenkampen
in voormalig NederlandsIndië.
Ook de familie van Jo
Janssen (73) mocht eindelijk weer
ruiken aan de vrijheid. Ruim drieenhalf
jaar hadden zijn vader, moeder,
broertje Wim en zusje Laura
onder erbarmelijke omstandigheden
moeten zien te overleven. Het
weekrantsoen bestond doorgaans
uit een blubberpapje, een hompje
brood en een half handje rijst. Heel
soms kregen ze een stukje vlees en
wat groenten toegestopt.
„Mijn ouders vertelden alleen over
de mooie dingen in de tijd dat ze in
Indonesië verbleven. Hierover
schreef mijn vader geregeld in het
huisaanhuisblad
MiddenLimburg.
Over de verschrikkingen in
het Jappenkamp hadden ze het
nooit. Zelf ben ik in Nederland geboren,
een nakomertje”, klinkt het bijna
verontschuldigend.
Nog steeds probeert Jo Janssen dit
stuk verzwegen familiegeschiedenis
te ontrafelen. Van verschillende
heemkundekringen ontving hij documentatie,
zoals brieven en kaarten.
Ook kreeg hij na het overlijden
van zijn zus in 2006 een doos vol papierwerk
van zijn schoonbroer.
„Mijn vader vertrok al in 1922 als militair
naar Indonesië. Daar genoot
hij als onderluitenant de nodige privileges.”
Janssen toont een kaart,
geschreven in 1928 aan boord van de
SS Insulinde door Gondje Tillemans
uit Tegelen, de eerste vrouw
van zijn vader. „Gekregen van een
verzamelaar uit Belfeld.” Gondje
stierf aan tbc. Pa Janssen hertrouwde
in 1936 met Maria Janssen, de
moeder van Jo.
Uw hobby of verzameling!
Wij zijn op zoek naar bijzondere
hobby’s of verzamelingen. Stuur
een omschrijving, liefst met foto
naar:
noordmidden@
delimburger.nl
Jo Janssen:
„Mijn ouders
spraken
nooit over de
verschrikkingen
die ze
hebben
meegemaakt.”
FOTO'S LÉ
GIESEN
TIP ONS
Beste lezer, voor deze VIA
zijn we op zoek naar lokaal
(verenigings)nieuws, tips en
informatie. U kunt ons uw
tekst met foto’s mailen:
noordmidden@
delimburger.nl
Stuur uw materiaal op tijd in;
bij tijdsgebonden activiteiten
liefst 2 weken vooraf.
We zien uw kopij met
belangstelling tegemoet.
Dank!
Redactie
De Limburger
De eerste Nationale Tuinvogeltelling
van 2021 wordt georganiseerd
in samenwerking met onderzoeksbureau
Sovon en vindt plaats in het
laatste weekend van januari.
De telling, die sinds 2001 wordt gehouden,
wint de laatste jaren aan
populariteit. Vorig jaar deden ruim
90.000 Nederlanders mee, bijna
13.000 meer dan het jaar ervoor. Ze
telden ruim anderhalf miljoen vogels.
Limburgers liepen niet echt
warm voor de actie. Met slechts
4700 deelnemers scoorde Limburg
samen met ZuidHolland
procentueel
het slechtst van alle provincies.
De meest voorkomende tuinvogel is
nog steeds de huismus, gevolgd
door het koolmeesje. Er werden opvallend
veel pimpelmezen geteld.
De vogel met het blauwe petje nam
de derde plek over van de vink, die
uit de top 5 verdween. De kauw eindigde
als vierde, voor de merel.
Informatie over deelname aan de nationale
tuinvogeltelling staat op de website www.
vogelbescherming.nl.