TEKST PETER SWELSEN BEELD MONIEK WEGDAM EN MUMC+ GEZONDHEID
Voilà
21
Een niet-pluis-signaal kan zijn dat het autorijden gevaarlijk wordt.
Sharon: ‘Soms levert pap of mam het rijbewijs zonder morren in,
maar het komt ook voor dat ze het probleem niet zien. Kinderen
worden soms wanhopig en gaan de autosleutels verstoppen of laten
zelfs de auto onklaar maken. Dat soort toestanden geven heel veel
onrust en een goed gesprek met een derde kan dan zeker helpen.
Ook koken kan gevaarlijk worden wanneer iemand het gas vergeet
uit te zetten. In overleg kan overgestapt worden op een beveiligde
kookmogelijkheid of gekozen worden voor maaltijdbezorging.
Als er sprake is van veel weerstand kan familie ervoor kiezen om
het gas in de keuken af te sluiten. Maar koken onder begeleiding
van een huishoudelijke hulp of mantelzorger kan soms ook. Extra
huishoudelijke hulp, hulp bij persoonlijke verzorging of individuele
begeleiding kan snel worden geregeld. Een ingewikkelder probleem
is de snel toenemende vereenzaming van ouderen. Maar ook daar
is, zeker als de coronacrisis voorbij is, soms iets aan te doen
via dagbesteding, buurtinitiatieven en samenwerking in het
sociale netwerk.”
Ouderen vrezen wel eens dat de komst van Sharon het einde
van hun autonomie inluidt. “Ze zijn bij het eerste gesprek een
beetje wantrouwig en bang dat ze linea recta naar het verpleeghuis
moeten, maar dat is gelukkig meestal niet aan de orde. Eerst wordt
een paar keer rustig een gesprek gevoerd en een vertrouwensband
opgebouwd. We schatten de situatie zorgvuldig in en kijken naar
meerdere levensdomeinen. Vervolgens krijgen cliënten in kleine
stapjes een steuntje in de rug in de thuissituatie. De meesten
kunnen zo nog heel wat jaartjes thuis blijven wonen!”
Dr. Hanneke Joosten, internist-ouderengeneeskunde
in het Maastricht UMC+, over kwetsbare ouderen
Door het samenkomen van problemen zoals hartfalen, geheugenproblemen
en een verminderde mobiliteit kan zelfstandig
thuis wonen lastig worden. Het is belangrijk dat kinderen of
partner daarover op het juiste moment het gesprek aangaan.
Internist-ouderengeneeskunde Hanneke Joosten: “Kies voor het
gesprek een concrete aanleiding, bijvoorbeeld als vader voor
de derde keer is gevallen. Ook een opmerking als ‘Ik voel me
de laatste tijd zo eenzaam’, kan de start van een goed gesprek
inluiden. Het is belangrijk dat je samen tot een conclusie komt,
want mensen willen hun autonomie logischerwijs behouden.
Er is gelukkig steeds meer mogelijk om mensen thuis te ondersteunen.
Denk aan thuiszorg, dagbesteding, buurtkringen, maaltijden
aan huis, vrijwilligers, een traplift en tal van andere opties.
Alles is er tegenwoordig op gericht om mensen zo lang mogelijk
thuis te laten wonen en dat is een goed streven. Voor sommige
mensen is het een gemis dat het vroegere ‘bejaardenhuis’ niet
meer bestaat, want er zijn ouderen die net tussen de wal en het
schip vallen. Voor het merendeel lukt het met de nodige inzet en
steun gelukkig meestal wel om mensen nog vele jaren thuis te
laten wonen. Er zijn families waar de partner, kinderen en kleinkinderen
samen met vrienden en buren de soms zeer intensieve
zorg verdelen. Dat ontroert me elke keer weer. Een goed sociaal
vangnet blijft essentieel om uiteindelijk veilig thuis te kunnen
blijven wonen.”
“Ouderen zijn in eerste instantie soms
een beetje wantrouwig en bang dat ze
linea recta naar het verpleeghuis moeten.
In de praktijk valt dit gelukkig reuze
mee en zijn er in goed overleg creatieve
oplossingen
te vinden”
‘Ga in gesprek op basis
van een aanleiding’