woensdag 04. 05. 2022 3
WULLEM
COLUMN
METERIK
Tips woningisolatie
Duurzaam Meterik
Inwoners van Meterik kunnen zich
op 10 mei laten bijpraten over de
voordelen van woningisolatie.
De werkgroep Duurzaam Meterik
van de dorpsraad legt uit hoe huizenbezitters
op hun energiekosten
kunnen besparen door isolatie en
andere verduurzamende maatregelen,
zoals het plaatsen van zonnepanelen.
De infoavond
vindt plaats in MFC
De Meulewiek en duurt van 20.00
tot 22.00 uur.
Opgave via duurzaammeterik@gmail.com.
YSSELSTEYN
No Permission opent
festival Jera on Air
De band No Permission uit Horst
aan de Maas mag als winnaar van
Guts & Glory over twee maanden
Jera on Air in Ysselsteyn openen.
No Permission, met leden uit Lottum
en Horst, won de battle die Jera
On Air samen met Dynamo Eindhoven
organiseerde. De overige finalisten
waren Deadlines, Torn From
Oblivion en The Great Hurricane
Escape! Jera on Air is het grootste
punk, hardcore & metalcore festival
in Nederland. Headliners op 23, 24
en 25 juni zijn Rise Against, The Offspring,
Bad Religion en Beartooth.
Wiel Nabben in zijn privémuseum.
FOTO LÉ GIESEN
TIENRAY
Als Wiel over heldin Hanna
vertelt, is het muuskesstil
18.000 m2 TuinplanTen
Zomerbloeiers
in
800 soorten
en kleuren
Zondag 8 mei
moederdag bloemendag
www.kwekerij-bouten.nl | ma t/m Vr 9 -18 en za en zo 10-17 uur
REGIO
DOOR WIM MOORMAN
Oorlog. Vreselijk, verschrikkelijk,
een van de ergste dingen die je kan
overkomen. Denk ik. Want ik heb
nooit een oorlog meegemaakt. Dat
maakt oorlog voor mij tot iets
abstracts, iets ongrijpbaars,
ondanks alles wat je erover kunt
zien, horen, lezen.
Ik vermoed dat je een oorlog aan
den lijve moet hebben ervaren om
daadwerkelijk te weten wat het is.
En dan nog: is elke oorlog hetzelfde?
Is elke oorlog voor iedereen
hetzelfde?
Als ik aan oorlog denk, zie ik een
wereld voor me in zwartwit,
met
marcherende soldaten, tanks,
doden en gewonden, mensen op de
vlucht. Ik hoor sirenes, schotenwisselingen,
gebrom van vliegtuigen.
Ik ruik angst, wanhoop,
ellende.
De beelden uit Oekraïne bevestigen
grotendeels wat ik zie, hoor en
ruik als ik aan oorlog denk, zij het
in kleur en niet in zwartwit.
Wat je
niet, of althans minder, ziet is dat
grote delen van Oekraïne tot
dusverre verschoond zijn gebleven
van oorlogsgeweld, dat het dagelijkse
leven er misschien wel min of
meer z’n gewone gangetje gaat.
Wat niet wegneemt dat ook daar
waarschijnlijk angst, wanhoop en
ellende te ruiken zijn.
Op 10 mei 1940 viel Duitsland
Nederland binnen. Vier dagen
later volgde het bombardement op
Rotterdam. Weer een dag later
capituleerde Nederland. Twee
weken later rapporteerde de
burgemeester van Horst: ‘In de
middag van de 10e mei trokken de
Duitse troepen hier voorbij. Zowel de
bevolking als de Duitse militairen
gedroegen zich zeer correct. Verwoestingen
zijn nergens aangebracht
tenzij te Griendtsveen en wel
tengevolge van de maatregelen van
het Nederlandse leger.’
Het Venrayse weekblad Peel en
Maas schreef een dag later: ‘Toen
de Nederlandsche soldaten hier
waren doorgetrokken en het contact
met de eerste Duitsche soldaten
eenmaal was tot stand gekomen en
bleek dat er van barbarisme geen
sprake was, gleed ook het dagelijksche
leven geleidelijk weer terug in de
door de omstandigheden wel
eenigszins gewijzigde banen.’
Geen marcherende soldaten in
Horst en Venray, geen schotenwisselingen,
geen mensen op de
vlucht, geen andere shit. Wel
‘eenigszins gewijzigde banen’. Vrij
heile Welt dus? Lijkt me sterk.
Sowieso is het maar de vraag hoe
waarheidsgetrouw de rapportage
van de Horster burgemeester en
de observaties van Peel en Maas
zijn: zoals bekend sneuvelt in een
oorlog de waarheid als eerste.
Maar dan nog is oorlog niet louter
fysiek geweld, oorlog gaat ook in je
hoofd zitten. Dénk ik. Om het te
wéten moet ik eerst een oorlog
meemaken. Ik hoop het nooit te
weten te komen.
REAGEREN?
redactievenray@delimburger.nl
Oorlog
Museum Sorghvliet in Tienray
staat bomvol met allerlei gebruiksvoorwerpen
afkomstig uit de periode
1850 tot 1950. Vitrines zijn gevuld
met handgereedschappen, er worden
archeologische vondsten uit de
omgeving tentoongesteld, er is een
archief met 2500 kilo aan kranten
vanaf 1900 en er zijn enkele stijlkamers
ingericht. In de loods van
maar liefst dertig bij twaalf meter is
geen plekje onbenut gebleven. En
over ieder voorwerp dat in zijn museum
staat, ligt of hangt, heeft Wiel
Nabben een verhaal te vertellen. De
gepensioneerde bloembollenkweker
geeft rondleidingen aan schoolklassen,
de KBO, ZijActief, bejaarden,
gehandicapten, families en
opa’s met kleinkinderen. „Van mij
mogen kinderen bijna overal aankomen
met hun vingertjes. In de zomer
mogen ze malen met oude
maalmachines, zeven, met het patattenschilmachientje
werken en
bonen snipperen. Het is dan een
drukte van jewelste. Maar zodra ik
het verhaal over Hanna van de
Voort begin te vertellen, wordt het
ineens muuskesstil…”
Zeikton
Hanna van de Voort, een vroedvrouw,
redde als verzetsvrouw het
leven van 123 Joodse kindjes die in
Tienray in gezinnen geplaatst werden.
Ook de ouders van Wiel Nabben
vingen destijds Joodse kinderen
op. „Levensgevaarlijk, want
voor hetzelfde geld ging je zelf ook
mee de gaskamer in. Er waren namelijk
ook verraders actief”, vertelt
Wiel. Eén jong meisje, Elly Hamme,
wist te ontsnappen in een kleine
gierton. „Een zeiktón, in plat Limburgs.
Die ligt nog hier in mijn bos.”
Het is één van de pronkstukken die
de Tienrayse verzamelaar in zijn
collectie heeft, naast oude gereedschappen
voor op het land, meubels,
beelden, gebruiksvoorwerpen
en attributen uit het klooster van
Tienray, geschonken aan Wiel en
zijn in 2017 overleden vrouw Nellie,
toen de missiezusters in 2001 Tienray
verlieten. Van alle kanten heeft
Wiel in de loop der jaren oude voorwerpen
aangereikt gekregen. „Omdat
men wist dat ik die verzamelde
en alles kon gebruiken.”
Die interesse in oude spullen zit bij
Wiel in de genen. Zijn vader was
vroeger veel bezig met het vlegelen
van het graan, en het kaf van het koren
te scheiden. Na de oorlog kreeg
hij meer tijd om de handel op te
gaan. „Hij liep dan, volgens oud gebruik,
achterom in de stal of schuur
naar binnen. In zo’n oude schop lag
altijd wel wat oude rommel. Bij de
onderhandelingen, het handjeklap,
vroeg mijn vader dan om er een
oude kast, dekenkist of kar bij te
doen om het verschil te slechten. Hij
kwam altijd thuis met levende have
en roerend goed. Zo is het begin van
de verzameling gemaakt. En de appel
valt niet ver van de boom.”
Museum Sorghvliet ligt aan Over de Beek 23
in Tienray. Het museum bezoeken kan na telefonische
afspraak met Wiel Nabben
(0478691468).
Tienray vormde tijdens de Tweede
Wereldoorlog het decor van een
bijzonder heldenverhaal. Over deze
rijke geschiedenis, het boerenleven
van vroeger, de kloosterzusters,
de oorlog en de Jodenvervolging
kan de 87jarige
Wiel Nabben,
beheerder van Museum Sorghvliet,
alles vertellen.
DOOR SILKE VAN DEELEN