Woensdag 10. 05. 2023 REGIO 13
literaire hoek
De tragiek van Robert Franquinet
maakt tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Die oorlog vormt een keerpunt
in het leven van de dichter,
schrijver, journalist en schilder.
Vanwege verzetswerk komt hij in
december 1942 in handen van de
Gestapo en wordt zwaar mishandeld.
Als hij weer vrijkomt in oktober
1943 is hij een ander mens en een
andere schrijver. Het komt tot uiting
in zijn boeken en op zijn schilderijen.
Voor de oorlog lijkt Franquinet
voorbestemd voor een leven als
dichter en schilder. Hij bezoekt de
kunstnijverheidsschool in Maastricht
en verkeert met Limburgse
schildergrootheden als Charles
Eyck, Henri Jonas en Edmond Bellefroid.
Als dichter debuteert hij als
achttienjarige in 1933 met de bundel
Het vroege uur. Daarna volgen nog
zes bundels, waarvan er enkele ook
landelijk worden opgemerkt en
waardoor hij als zeer talentvol
wordt gezien. Om geld te verdienen
schrijft hij voor kranten als De Tijd
en de Maas- en Roerbode.
Frankrijk
Na de oorlog blijft hij schilder en
schrijver, maar is toch alles anders.
In 1946 verhuist Franquinet naar
Parijs, waar hij werkt bij de radio en
van waaruit hij artikelen over Franse
schrijvers en kunstenaars levert
aan Nederlandse kranten en tijdschriften.
Zijn eigen werk is nu
vooral proza, waarbij geweld, liefde
en erotiek de thema’s zijn. Onderwerpen
die in het nog streng katholieke
Limburg slecht vallen, maar
evengoed wordt zijn derde roman
Mijn hart zal niet vrezen in 1951 bekroond
met de Romanprijs van de
Culturele Raad Limburg.
In de Franse hoofdstad wordt hij als
schilder ontdekt. Franquinet exposeert
vervolgens in alle beroemde
Parijse salons en zijn abstracte
werk komt terecht in belangrijke
buitenlandse musea. Nederland
ziet zijn werk pas in 1962 door een
tentoonstelling in een Amsterdamse
galerie. Een schaduw over het
succes is dat hij last krijgt van uitval
in zijn rechterarm en -been als gevolg
van de mishandeling in de oorlog.
Door een succesvolle hersenoperatie
in 1968 kan hij weer rustig
werken.
Terug in Limburg
Robert Franquinet keert in 1970 terug
naar Limburg en wordt kunstredacteur
bij het Limburgs Dagblad.
Met schilderen en schrijven
gaat hij door, maar hij wordt zijn
werk niet of nauwelijks kwijt. De
Franse roem telt in Nederland niet.
Pas als de roman Drijfzand, een ge-
In de Literaire Hoek besteden
verschillende Limburgse auteurs,
verenigd in de Werkgroep Limburgse
Schrijvers, wekelijks aandacht
aan lezen en literatuur in Limburg.
Vandaag: Adri Gorissen over
Robert Franquinet.
Kunstcriticus Jules Kockelkoren
laat er in 1949 geen misverstand
over verstaan wat hij vindt van de
net verschenen roman Spiegelgruis
van Robert Franquinet (1915-1979).
In zijn Open brief aan Robert Franquinet
– in bijna alle Limburgse
kranten – schrijft hij: „Zelden heb ik
een troostelozer en smeriger boek
gelezen. Niets blijft heel in deze roman
en alles wordt besmeurd en
neergehaald in een zwoelbronstige
sfeer: de Kerk, het celibaat, het huwelijk,
de vrouw, de puberteit, ja
zelfs het zelfrespect van de schrijver.
(…) Deze roman heeft mij verschrikkelijke
uren doen beleven en
mijn geloof in Jou kapot gemaakt.
Niet in je schrijfkunde, want dit
boek kent misdadig knappe bladzijden,
maar in jou zelf.” Wat Kockelkoren
en andere critici stoort zijn de
expliciete seks en het nihilisme in
het boek.
Oorlog
Franquinet grijpt voor Spiegelgruis
terug op wat hij zelf heeft meege-
romantiseerde autobiografie die al
jarenlang in de la ligt, in 1977 uitkomt
bij de uitgeverij van Ton van
Reen en zijn vrouw Corrie Zelen,
maakt hij een comeback. Met succes,
Robert Franquinet.
Archieffoto Anton
Werker/De Limburger
want het boek kent vele drukken.
Lang kan Franquinet van het
hoogtepunt van zijn schrijversloopbaan
niet genieten, want hij overlijdt
in 1979.
DOOR ADRI GORISSEN
AUTO
klasse verwacht, maar de algemene
indruk is een ruime voldoende. De
Het is een vrij neutrale, grote auto die
voldoende luxe, maar nog weinig status
of klasse uitstraalt. Dat heeft tijd
nodig, want we moeten nog even
wennen aan dit merk en de positie ervan
inschatten. Dat BYD al langer
bestaat en vooruitstrevend te noemen
is met zijn Blade-batterijtechnologie,
is iets anders wat we moeten
laten bezinken. Dat Toyota wereldwijd
vooral op batterijgebied samenwerkt
met BYD en dat de Louwman
Groep het merk in Nederland vertegenwoordigt,
zal ook helpen.
Eindoordeel
Goede, ruime zevenzitter met rijke
standaarduitrusting. Moet het door
te hoge prijs nu opnemen tegen te
sterke premiumconcurrentie.
SPECIFICATIES
BYD Tang
Prijs: € 73.300,--
Topsnelheid: 180 km/h
Acceleratie 0-100 km/h: 4,6 s
WLTP-actieradius: 400 km
AC/DC-laden: 6,6-11 kW/110 kW
Motor: twee synchroonmotoren met
perm. magneet
Max. systeemvermogen: 517 pk (380
kW)
Transmissie: eentraps reductieversn.
Autotest
BYD Tang: de grote onbekende
snelladen zal hij het met 110 kW moeten
afleggen tegen vel concurrenten.
Nee, waar deze BYD echt punten
mee pakt, is met ouderwets veel
waar voor uw geld bieden en meer
functionaliteit door die extra zitplaatsen.
En als je naar de prijslijst
van de premium-concurrentie kijkt,
dan moet je een klein vermogen aan
opties bijbestellen om de standaarduitrusting
van deze Tang te evenaren.
Denk hierbij aan 22-inch lichtmetalen
wielen met Continental
SportContact-rubber in de maat
265/40 R22, een schuif- en panoramadak
en privacyglas achter en leds
in alle lampen. Aan boord is al het zitmeubilair,
de deuren en het dashboard
verpakt in tweekleurig leer,
net als het stuur, dat bovendien verwarmd
is. Achter de grote digitale
schermen zitten niet alleen alle mogelijke
infotainmentvoorzieningen
verstopt, maar ook de brigade aan
veiligheidsassistenten. De menustructuur
is een gebruiksvriendelijke
interface waarmee je de meeste
functies vlot kunt vinden. Camera’s
werken goed samen met de displays,
die op hun beurt gebruikmaken van
parkeerhulpen voor en achter.
Achter het stuur zit je goed. Ook op
de achterbank valt er niet te klagen,
want been- en hoofdruimte is er ook
voor de grotere mens in ruime mate.
Helemaal achterin wil je als volwassene
BYD Tang.
Foto BYD
niet te lang zitten, maar voor
kinderen is er voldoende ruimte.
Zelfs als alle zitplaatsen bezet zijn,
kun je met wat passen en meten nog
de nodige boodschappen kwijt.
Rijden doet de Tang goed. De besturing
voelt nauwkeurig genoeg aan en
geeft voldoende informatie om de
auto in één keer goed te plaatsen. Van
overmatig overhellen in de bocht is
geen sprake, de koets van de Tang
blijft relatief vlak en comfortabel.
En ook bij een walkaround en een
touch-and-feel-test aan boord word
je niet echt teleurgesteld. Er zijn hier
en daar wel wat plastics te vinden die
niet helemaal passen bij de kwaliteitsbeleving
die je in een auto in deze
Compacte modellen in het elektrische
auto-SUV aanbod zijn er
steeds meer, grotere, zoals deze
zevenzits Tang, minder. Worden we
blij van deze nieuwkomer?
Door Jaco Bijlsma
De Tang is een grote en luxe SUV die
4,78 meter lang is, 1,85 meter breed
en 2464 kg weegt en met een bagageruimte
van 940 liter. Met stoel 6 en 7
bezet blijft daar nog 235 liter van over
en dat is goed. Waar veel EV’s afhaken
bij een maximum geremd trekgewicht
van 750 kg, mag achter deze
Tang 1500 kg mee.
De Tang kost 73.300 euro en daarvoor
krijg je de rijk uitgeruste Premium
uitvoering. Van keuzevrijheid is
geen sprake: in dit geval is alleen de
dikste en duurste hier leverbaar. Ga
je kijken wat je verder voor bijna 75
mille, dan zie je concurrenten van
formaat. Want verkies je een hier nog
onbekende Chinese SUV boven een
echte Mercedes-Benz EQC 400
4MATIC of een Audi E-tron 55 Quattro?
Toch is de Tang superieur aan
beide als het om vermogen gaat,
want hij heeft twee motoren met een
verzameld vermogen van 517 pk en
vierwielaandrijving. De actieradius
van 400 km WLTP is niet grensverleggend,
maar ongeveer in lijn met
concurrenten. Bij een wedstrijdje
Kijk voor meer autonieuws ook op
» delimburger.nl/economie/auto