Woensdag 19. 10. 2022 REGIO 5
TIP ONS
Beste lezer, voor deze VIA
zijn we op zoek naar lokaal
(verenigings)nieuws, tips en
informatie. U kunt ons uw
tekst met foto’s mailen:
zuid@delimburger.nl
(t.a.v. VIA, vermeld dit duidelijk).
Stuur uw materiaal op tijd in;
bij tijdsgebonden activiteiten
liefst 2 weken vooraf.
We zien uw kopij met
belangstelling tegemoet.
Dank!
Redactie
De Limburger
Verandering/verbetering (!/?)
Door Jenny Kranendonk
Opmerkelijke verschijning in Heerlen
De inrichting van stad en streek
verandert met de tijd. Gebouwen
komen en gaan. In Verandering/
Verbetering (!/?) staat wat eens
was opnieuw in de schijnwerpers.
In 1969 ging het St. Josephziekenhuis
in Heerlen tegen de vlakte. Het
historische gebouw, aangekleed
met een hoop details en bestaande
uit diverse grote vleugels, was langs
de hele Putgraaf en een stuk van de
Akerstraat gebouwd. Daarvoor in
de plaats kwamen flats en kantoren,
rechttoe rechtaan, zonder enige
spoor van frivoliteit. Er was echter
één uitzondering: het gebouw van
zorgverzekeraar AZM. Het had zo’n
apart ontwerp dat niemand er zomaar
aan voorbij liep.
Flexibel en open
Wat zal architect Laurens Bisscheroux
blij zijn geweest toen hij de opdracht
kreeg om een gebouw te ontwerpen
waarbij hij vrij was in materiaalkeuze
en constructie. De enige
vereisten waren dat het een flexibele
indeling en een open karakter
moest hebben dat eenvoudig kon
worden uitgebreid. Verder mocht
Bisscheroux zijn eigen gang gaan.
Dit leidde ertoe dat er in 1972 een opmerkelijke,
architectonische verschijning
aan Heerlen werd toegevoegd.
Het was behangen met een
permanente zonwering die moest
ervoor zorgen dat er binnen altijd
een aangename inval van daglicht
was. De bijzondere vorm van de zonwering
leverde het gebouw de bijnaam
‘Toetergebouw’ en ‘Tietengebouw’
op. Daarnaast bracht het ook
het gesprek en de discussie op gang.
Want was het nou mooi of lelijk?
Ongemakken
De kenmerkende toeters leverden
nogal wat ongemakken op in het gebruik
van het gebouw. Ze hadden de
vervelende bijwerking dat ze warmte
vasthielden. De gebouwgebruikers
hadden dan wel werk bij aangenaam
gedempt daglicht, in de zomer
zaten ze achter hun bureaus te puffen
van de warmte. In de winter was
de situatie heel anders. Door de glazen
gevels werd het binnen onaangenaam
koud.
Een ander nadeel was dat de toeters
waren gemaakt van wit kunststof.
Niet heel handig voor een gebouw
dat aan de drukke Akerstraat lag.
Het kostte veel moeite om de toeters
schoon te houden van de uitstoot
van het verkeer. Verder bleken ze
goede beschutting te bieden voor
zwervers en verliefde stelletjes. Dat
laatste ervaarde Bisscheroux als
een groot compliment. De directeur
van het AZM was hier echter minder
blij mee.
Opslagruimte beperkt
Alsof dit allemaal niet genoeg was
zorgden de glazen gevels ervoor dat
de opslagruimte beperkt was. Kasten
en ander meubilair konden niet
tegen de buitenwanden worden geplaatst.
Vanwege alle functionele beperkingen
was het Toetergebouw een korte
levensduur beschoren. Al na 15
jaar verdween het weer uit Heerlen.
Tegenwoordig staat op deze plek
een vrij onopvallend kantoor waarin
een revalidatiecentrum, pedicure
en een kinderopvang zijn gehuisvest.
Niet vergeten
Wat men ook van het Toetergebouw
vond, het is Bisscheroux wel gelukt
om een gebouw neer te zetten waar
nog steeds over wordt gesproken.
Bovendien heeft het een plek verworven
in de geschiedenis van
Heerlen. Het gebouw is verdwenen,
maar zeker niet vergeten.
Heeft u een tip voor deze rubriek? Mail dan
naar info@jennykranendonk.nl.
Op de plek van het Toetergebouw staat nu een kantoorpand.
Foto Jenny Kranendonk
Toetergebouw. Foto Rijckheyt
(collectie familie Bisscheroux /
fotograaf onbekend)
Heerlen
Schunck Museum legt
focus op Parkstad in
najaarsprogrammering
Bij Schunck Museum in Heerlen
start half oktober de nieuwe programmering,
waarin gevestigde namen
het podium delen met lokaal talent.
Daarnaast wordt gewerkt aan
een beter en mooier Glaspaleis.
Vanaf november is er alle aandacht
voor talent uit Parkstad en de Euregio.
In samenwerking met de Stichting
Promotie Limburgse Kunstenaars
verzorgt Schunck een nieuwe
editie van de Parkstad Limburg
Prijs. In de vitrine, hal, vide, het
trappenhuis en op de eerste verdieping
wordt tot half januari het werk
van de acht genomineerde kunstenaars
gepresenteerd. De prijsuitreiking
vindt plaats tijdens de opening
van de tentoonstelling op 30
oktober.
Archieffoto Harry HeUts
Beekdaelen
‘Zonder spelvreugde geen goed resultaat’
Aanleggen, richten, rustig ademhalen
voor verassingen kom te staan.
Maar het grootste geheim blijft wel
‘plezier hebben in wat je doet’. Zonder
spelvreugde gaat het zeker niet
lukken.”
Op haar elfde begon de sporter met
pluimschieten. „Mijn broer deed
het al langer en ik ging eigenlijk altijd
mee.” Ze kreeg een plekje in het
team van SV Revanche en pakte de
titel in de Hoofdklasse Pluim. „We
schieten anderhalve competitie,
dus tegen sta je drie keer tegenover
elkaar. Dat kan wel eens een thuisvoordeel
opleveren.” Zo is in sommige
cafés de lichtinval anders waardoor
Marell eerst moet acclimatiseren.
„Vervolgens ga ik mijn riedeltje
af en schiet ik in de roos”, lacht ze.
„Dat is eigenlijk topscoorder van
het jaar”, legt Marell uit. Al behaalde
de Heerlense niet de meeste punten,
ze schoot dit het seizoen het
hoogste gemiddelde van de competitie.
Per wedstrijd mogen de schutters
tweemaal negen keer schieten
op de kaart. Per schot zijn er twaalf
ringen te verdienen. De speelster
kwam afgelopen jaar op een gemiddelde
score van 215 uit. „Je kan 216
ringen halen per wedstrijd”, glimlacht
ze.
Voor haar knappe prestatie kreeg
de pluimschutter een wisselbeker
van de NBVS (Nederlandse Bond
voor Sportschutters). Op de trofee
is de naam van Marell vaker terug te
vinden. „Dit jaar heb ik hem alweer
voor de zesde keer gewonnen”, zegt
ze met gepaste trots. Voor belangrijke
wedstrijden gaat ze in een heuse
topsportfocus. „Ik bereid me
mentaal volledig voor op die duels.
Alle mogelijke scenario’s speel ik al
vooraf in mijn hoofd af zodat ik niet
en de trekker overhalen.
Pluimschutter Uschi Marell (33)
kan het riedeltje dromen. Het
resultaat is vrijwel altijd hetzelfde;
de pluim zit midden in de roos. De
schutster van kampioen SV
Revanche uit Schinveld mag zich
zelfs beste pluimschutter van ons
land noemen.
Door Tim van Sintfiet
Pluimschutter Uschi Marell.
Foto Peter Trompetter