Woensdag 30. 11. 2022 13
literaire hoek
Het ‘Limburg, dierbaar oord’ van Bertus Aafjes
Bertus Aafjes. Archieffoto De Limburger
In een proces-verbaal uit 1618 wordt
nauwgezet de procedure beschreven
‘tusschen die bancke Simpelveldt
ende Herlen, beginnende ierstelyck bij
die Hulse’. Vervolgens wordt de weg
beschreven langs het land van hoeve
Keverberg (Simpelveld, red.),
Imstenrade en het gebied van de
hoeve Soeret naar ‘die Locht in den
Winckel, alwaer dat staet eynen eijck
gemaempt des Hartogeneijck’. Tegenwoordig
is dat bekend terrein voor
de voetballiefhebbers. Namens de
bank Simpelveld werden de honneurs
waargenomen door de Heer
van der Heyden met zijn officieren,
schepenen en belanghebbende
grondgebruikers. Die laatsten worden
allemaal met name genoemd,
vaak met de omvang van hun boerderij.
De delegatie van de bank
Heerlen was wat bescheidener.
Ernstige conflicten bij de schouw
waren zeldzaam. Op de goede afloop
werd doorgaans het glas geheven
en een hap gegeten.
Van nul tot nu
Door Martin van der Weerden
Schouw werd zeer
serieus genomen
In de rubriek Van Nul tot Nu gaat
Martin van der Weerden in op de
veelzijdige historie van deze regio.
Ditmaal over de ‘schouw der
wegen’. Vooral als wegen zich op de
grens van machtsgebieden
bevonden werd het onderhoud en
het exact vastleggen met veel
ceremonieel bekrachtigd.
Vanaf de 15de eeuw gaan vele ordonnantiën
(voorschriften, red) over
het begaanbaar houden van wegen.
Het recht om overhangende takken
af te mogen houwen en opdringerig
struikgewas te mogen verwijderen,
werd nadrukkelijk vastgelegd. De
schouw der wegen, in Limburg en
Brabant beleydinghe genoemd,
werd doorgaans drie keer per jaar
uitgevoerd. Het werd van tevoren in
de plaatselijke kerk afgeroepen.
Was de weg niet meer in orde, dan
kregen de verantwoordelijken enkele
maanden de tijd om bijvoorbeeld
ernstige verzakkingen te herstellen.
Bij in gebreke blijven, werden
boetes opgelegd. Vormde de
weg de grens tussen twee heerlijkheden,
dan werd de schouw van beide
zijden van de weg tegelijkertijd
uitgevoerd. Dit trok altijd nogal wat
publiek vanwege de daarbij behorende
plechtigheden. ‘Dan nam een
der meest bejaarde ingezetenen den
voorgang, torschende op zijn schouders
een crucifix, dat hij over het midden
van de weg droeg.’
REGIO
Dier van de week
In Dierenbeschermingscentrum
Limburg zitten tientallen honden,
katten, konijnen en vogels die
dolgraag een nieuw baasje willen.
Elke week zet Saskia Thijssen er
één in het zonnetje. Dit keer is dat
een konijnentrio: Pieter, Abbey en
Woezel.
villa’s met centrale verwarming.
Over Bertus Aafjes is uiteraard veel
meer te vertellen dan deze plek toelaat.
Over zijn drankprobleem en de
depressies waaraan hij leed, over
zijn vriendschappen met schrijvers
als Ton van Reen, Herman Pieter de
Boer en Hermine de Graaf, zijn reislust,
geldnood, of zijn desastreuze
polemiek met de Vijftigers. Iets
waar hij trouwens later veel spijt
van had. Wie er meer van wil weten:
lees de onthullende biografie van
Maastrichtenaar Rob Molin.
Gulden humor
Veelschrijver Bertus Aafjes en zijn
vrouw Tine werden begraven in
Swolgen. Tine wilde een Sint Franciscusbeeldje
voedertafeltje voor de vogels. Hijzelf
hechtte slechts aan één ding:
dat hij de Orde van de Gulden Humor,
door de gemeenschappelijke
Limburgse Carnavalsverenigingen
aan hem toegekend, mocht meenemen.
Helaas, onmogelijk. Ach,
schreef hij, refererend aan een
plaatselijke wijsheid: in je laatste
hemd zitten nu eenmaal geen zakken.
Op hun grafsteen staat een gedicht.
Je kunt het vinden als je googelt op
‘grafmonument Bertus Aafjes’. De
laatste regels luiden: ‘En de dichter
in mij stierf bereid. Ik werd enkel
poëzie, altijd.’
Kerkrade
op haar graf en een
Opluistering
adventsmissen
De missen op de adventszondagen
in de parochiekerk van Terwinselen
worden door verschillende muziekgezelschappen
opgeluisterd.
Het spits werd zondag 27 november
afgebeten door Koninklijk Mannenkoor
David uit Spekholzerheide.
De tweede mis op zondag 4 december
aanstaande, wordt luister bijgezet
door harmonie St. Callistus Terwinselen.
Op derde advent, zondag 11 december,
is Slavisch Byzantijns koor Sobornost
te gast. Tot slot zingt popkoor
Thirdwing uit Heerlen op zondag
18 december in de kerk van
Terwinselen.
Landgraaf
38ste editie van de
Kapellerbosloop
STB Landgraaf is de initiator van de
38ste Sjef van Ooyen Kapellerbosloop
op zondag 4 december. Deelname
aan de cross staat open voor iedereen;
jong en oud, kinderen en ouders,
toplopers en recreanten.
Hoogtepunt in het parcours is de beklimming
richting de Leenderkapel.
Sport- en Trimclub Brunssummerheide
is eigenlijk de volledige
naam van de vereniging. Hoewel de
naam in eerste instantie anders
doet vermoeden, is het een echte
Landgraafse vereniging.
Aanmelden kan via www.inschrijven.nl.
Info: www.stblandgraaf.nl.
Een ras-Amsterdammer die een beroemde
Limburgse schrijver werd.
Zo kun je Bertus Aafjes, geboren in
1914, toch wel zien. Lange tijd leefde
hij als dichter-kasteelheer op kasteel
Hoensbroek, daarna, tot aan
zijn dood in 1993, als ‘heremiet’ zoals
hij het zelf noemde, in het dorp
Swolgen in Noord-Limburg.
Op zijn 22ste verliet hij het seminarie
en begon aan een voet-/treinreis
naar Rome, waarover hij later een
beroemd geworden dichtbundel
schreef. Tijdens die tocht kwam hij
voor het eerst in Limburg terecht,
een provincie die hem nooit meer
zou loslaten. Vanaf begin jaren vijftig
tot aan zijn dood woonde hij er
vrijwel permanent.
Liefde
Aafjes adoreerde Limburg. Het
landschap kwam voor hem overeen
met het aardse paradijs. Glooiende
heuvels, panorama’s, grotten, ‘huppelende’
beken. Limburg was niet
horizontaal, zoals Holland, maar
verticaal. Aafjes: ‘Het neemt overal
een aanloop naar de hemel. Niet alleen
geologisch. Maar ook in ons
hart.’
‘Hoor de indianenkreet die aan de
mond van de eenvoudige noorderling
ontsnapt bij het zien van de eerste
heuvel. Zie het gebaar waarmee
hij zijn hoed in de hemel werpt. Kijk
hoe hij kopje-duikelt. Hoe hij op zijn
handen staat. Welk een zot, denkt
gij, Limburger. Daar is hij weer zo’n
Hollander die volslagen dada wordt
bij het zien van heuvels.’
Ontelbare gedichten en verhalen
volgden, niet alleen over dorpen en
steden, prachtige oude fruitbomen
en wilde bloemen in korenvelden,
maar ook over de Miljoenenlijn en
de verzonken kathedraal van steenkolenmijnen.
Limburgs adeldom
Aafjes omschrijft Limburg met zijn
Franse, Vlaamse en Rijnlandse
trekjes als ‘vrolijke uitschieter naar
de Middellandse Zee’, houdt een lofzang
op de rijke folklore, het volksfeest
van schutterijen en, natuurlijk,
het Carnaval. ‘Maastricht ligt
dichter bij Parijs en Rome,’ merkt
hij op, ‘dan bij Den Haag of Rotterdam,
niet topografisch, maar ideologisch,
in het rijk van geest en verbeelding,
dat zoveel werkelijker is
dan het rijk van maten en meters.’
En vervolgens benadrukt hij het
‘historische adeldom van Limburg’.
In de Literaire Hoek besteden
verschillende Limburgse auteurs,
verenigd in de Werkgroep Limburgse
Schrijvers, wekelijks aandacht
aan lezen en literatuur in Limburg.
Deze week Peter Lenssen over
Bertus Aafjes.
was men in Limburg reeds beschaafd.
Men baadde zich in thermen
en landbezitters woonden in
Toen men in de andere provincies
nog rondliep in beestenvellen en
vrouw en kinderen verdobbelde,
DOOR PETER LENSSEN
Hoeve Keverberg. Foto Martin
van der Weerden
Wat kun je over dit trio vertellen?
„Pieter en zijn dames zijn twee jaar
oud en alle drie gecastreerd.”
Wat zijn hun kenmerken?
„Pieter is kortharig en de dames langharig.
De vacht van de dames heeft
extra aandacht nodig, anders raken
de haren in de klit. Daarom kunnen
zij niet buiten worden gehouden.”
Omschrijf hun karakter.
„Abbey en Pieter zijn nog speels en
vinden het ook goed als hun baasje
hen aait. Woezel is een beetje op zichzelf,
maar de drie kunnen echt niet
zonder elkaar.”
Wat voor baasje zoek je?
„Wij zoeken voor hen een fijn thuis
waar ze samen oud mogen worden.”
Info: limburg@dierenbescherming.nl.