Woensdag 21. 12. 2022 5
Gulpen
Hoe ervaren
inwoners
dienstverlening?
De gemeente Gulpen-Wittem laat
onderzoeksbureau Moventem
uitzoeken wat inwoners van de
dienstverlening door de gemeente
vinden.
Inwoners die hun mening over de
dienstverlening met de gemeente
willen delen, kunnen dat doen door
het invullen van een online vragenlijst.
Deze is behalve online overigens
ook bij de balie van het gemeentehuis
op papier verkrijgbaar. Invullen
kan tot 15 januari 2023 en neemt
naar het verluidt ongeveer een
kwartier in beslag. De uitslag van de
enquête wordt gepubliceerd op
platform Gulpen-Wittem Spreekt.
Inwonerspanel
Gulpen-Wittem Spreekt is een inwonerspanel
dat regelmatig zaken
in de gemeente onderzoekt. Gulpen-
Wittem hoopt tevens mensen te
strikken die zich bij het initiatief willen
aansluiten. Na aanmelding ontvangt
men uitnodigingen voor onderzoeken
in de mailbox.
Kijk voor meer informatie op
gulpen
wittemspreekt.nl.
Het onderzoek is te vinden op moventem.nl/
gulpen-wittem.
Reijmerstok
Gemeente verkoopt
kavel Brede Hoolstraat
Bewoners van de Brede Hoolstraat
in Reijmerstok krijgen nieuwe buren,
als het aan de gemeente Gulpen
Wittem ligt.
Die wil kavel, met huisnummer zeven,
van de hand doen. De grond
wordt openbaar verkocht. Geïnteresseerden
kunnen met gesloten
envelop bieden tot 10 januari. Daarna
gaat de kavel naar de hoogste bieder.
De uiteindelijke verkoop wordt
bekrachtigd met een besluit door
het college van burgemeester en
wethouders.
De verkoop geschiedt via Dionne Makelaars.
Zie dionnemakelaars.nl voor meer info.
REGIO
margraten
8500ste Amerikaanse
soldaat krijgt een gezicht
Met de vondst van een foto van John
C. Webb heeft de 8500ste soldaat op
de Amerikaanse begraafplaats in
Margraten een gezicht gekregen.
De foto kwam boven water nadat
contact is gelegd met de familie van
Webb. Er worden ruim 10.000 begraven
of vermiste soldaten herdacht
op deze laatste rustplaats. De
zoektocht naar zo’n 1.400 nog ontbrekende
gezichten gaat door, maar
wordt steeds moeilijker, aldus de organisatie
achter ‘De gezichten van
Margraten’.
Bij de laatste editie van het tweejaarlijkse
eerbetoon in 2018 waren
er ‘nog slechts’ 5.850 gezichten te
zien. In 2024 zullen enkele familieleden
van Webb zijn graf bezoeken.
Onze fotograaf
Door Sjak Planthof
Fotograaf Jean-Pierre
Geusens aan het werk.
Foto Françoise Petersen
John C. Webb.
Foto familie Webb
struinheukske
Jean-Pierre Geusens:‘Bruiloften
en communies zijn niet mijn ding’
Kerstroos leeft op in de winter
Veel planten sterven in de herfst,
voordat dit tot hen doordringt slaan
ze nog even wild om zich heen. Maar
de kerstroos, die oorspronkelijk uit
het Alpengebied komt, leeft juist helemaal
op in de winter.
De plantenfamilie Helleborus heet in
het Nederlands ‘nieskruid’ en hoort
bij de ranonkel-familie waarin ook
de boterbloem, de bosanemoon en
de dotterbloem zitten. De kerstroos
Helleborus niger heeft bij ons ook de
naam ‘zwart nieskruid’. De naam
‘nieskruid’ werd in volksverhalen
gebruikt, omdat men veronderstelde
dat, door het niezen op te wekken,
(slapende) hersenen in beweging
worden gezet, zodat de ‘duffe
hersenen’ weer ‘wakker’ worden en
de ‘ziekte’ wordt uit geniest!
Druïden gebruikten de wortelstokken
van de plant voor het bestrijden
van geesteszieken. Ook schijnt het
een laxerende werking te hebben.
In de middeleeuwen was het een ingrediënt
voor heksenzalven. In de
tijd van de snuiftabak, mengde men
er nieskruid tussen.
De soort die het meest wordt genoemd
voor medische toepassingen
is Helleborus foetida of stinkend
nieskruid. De plant is giftig. Tussen
de donker geworden bladeren en
stengels komen witte tot roze kleurige
bloemen tot bloei. Na de bloei
vormt de kerstroos kokervruchten,
die als een kerstster op de plek komen
waar de bloem stond. Binnenin
zitten de zaden.
Bij vorst trekt de plant het vocht uit
de bladeren terug naar de wortels,
zodat deze niet bevriezen; volgens
een gistingsproces waardoor ze tot
wel 6 graden warmer kunnen blijven
dan hun omgeving. Het kerstliedje
Er is een roos ontsprongen verwijst
waarschijnlijk naar de bloem
van de kerstroos.
Om de week tekent columnist en
natuurliefhebber Piet Schuttelaar
een verhaal op vanuit zijn natuurhuisje.
Dit keer vertelt hij over de
kerstroos, het ‘zwart nieskruid’
De kerstroos in de sneeuw. Foto Piet Schuttelaar.
Door Piet Schuttelaar
TIP ONS
Beste lezer, voor deze VIA
zijn we op zoek naar lokaal
(verenigings)nieuws, tips en
informatie. U kunt ons uw
tekst met foto’s mailen:
zuid@delimburger.nl
(t.a.v. VIA, vermeld dit duidelijk).
Stuur uw materiaal op tijd in;
bij tijdsgebonden activiteiten
liefst 2 weken vooraf.
We zien uw kopij met
belangstelling tegemoet.
Dank!
Redactie
De Limburger
Wie is Jean-Pierre Geusens?
„In Maastricht ben ik in 1969 geboren.
Na de middelbare school volgde
ik de opleiding personeelswerk
aan wat nu de Hogeschool Zuyd
heet. Dat lag me niet. Daarna rondde
ik aan dezelfde school de studie
audiovisuele productie af. Fotograferen
beviel me, maar voordat ik
daarmee aan de slag kon, moest ik in
militaire dienst. Daarna was mijn
eerste opdracht voor rederij Stiphout:
toeristen fotograferen. Ik solliciteerde
bij diverse media en kreeg
het advies om freelancer te worden.
Sinds 1 juli 1995 sta ik ingeschreven
bij de Kamer van Koophandel. Ik
ben een netwerk gaan opbouwen.
Dat betekent proactief zijn, jezelf laten
zien. Vanaf het begin werkte ik
voor De Trompetter, één van de voorlopers
van VIA.”
Hoe ontstaan jouw VIA-foto’s?
„De redactie stuurt me wekelijks op
pad. De tijd die ik kwijt ben varieert.
Als de opdracht in Maastricht is, is
het vanaf mijn woonplaats Vroenhoven
(pal over de grens in België,
red.) tot en met het verzenden van
de foto’s een uur werk. Maar dat is
anders wanneer ik naar Wijlre of
Vaals moet. Thuis werk ik foto’s minimaal
bij, een arm ‘wegsnijden’ die
hinderlijk in beeld is of het contrast
aanpassen. Maar niet te veel, want
het zijn journalistieke foto’s.”
Heb je andere opdrachtgevers?
„Dat zijn er meerdere, van VIA alleen
kan ik niet rondkomen. Bijvoorbeeld
philharmonie zuidnederland,
de gemeenten Maastricht en Heerlen,
persbureau ANP, en ad hoc
opdrachten van organisaties. En
natuurlijk het Jaarboek Maastricht.
Daarnaast doe ik reclame en portretten.
Bruiloften en communiefeesten
zijn niet mijn ding. Verder is
het: ogen goed open houden, lezen,
netwerken. Tijdens corona wandelde
ik nog meer door de stad. Dan zie
je opmerkelijke dingen.”
Welke foto voor VIA van het afgelopen
jaar is je speciaal bijgebleven?
„Dat zijn er drie. In de nasleep van
corona fotografeerde ik een vrouw
van 85 die paaskaarsen maakte. Dat
is afstand houden, je bent voorzichtig.
Achteraf was ik blij met het resultaat.
De tweede foto was singersongwriter
Ylka Kolken. Ze werkte
enthousiast mee, een en al spontaniteit.
Dat is prettig werken. Nummer
drie is de kerkenserie, door
mijn interesse in historie. Ik wilde
ooit archeoloog worden, nu leg ik
alsnog de geschiedenis vast.”
Bij verhalen in VIA staat vaak een
naam. Toch zal menig lezer zich
afvragen wie die mannen en
vrouwen zijn, die interviews en
foto’s maken voor onze weekkrant.
We stellen hen aan u voor.
Deze week is Jean-Pierre Geusens
Onze Fotograaf.