Woensdag 02. 08. 2023 REGIO 11
Neer/Landgraaf
Locatelli begeleidt
jubileumkoor in concert
met Marco Bakker
Kamerorkest Locatelli uit Landgraaf
verleent op 15 oktober medewerking
aan een Verdi-concert met Marco
Bakker in Neer. Het klassiek concert
in de Sint-Martinuskerk is hét hoogtepunt
van het 140-jarig jubileumfeest
van Zangvereniging Maas- en
Neergalm. Bakker zal met Maas- en
Neergalm, het Meijels Mannenkoor
en gastzangers werken zingen uit diverse
opera’s. Als solisten zijn Ellen
Valkenburg, Ton Gerrits en Dave den
Tuinder te gast. Het zeventig man
sterke jubileumkoor zal muzikaal
worden begeleid door Locatelli en
een groep hoornisten.
Meer info via www.maasenneergalm.nl.
Kerkrade
Diamanten huwelijk
Hans Kockelkorn
en Liesbeth Ploum
Voor Hans Kockelkorn en Liesbeth
Ploum was het maandag 24 juli precies
zestig jaar geleden dat de twee
elkaar in het gemeentehuis van
Kerkrade het jawoord gaven.
Toen de twee elkaar in 1956 ontmoetten
was Hans met zijn 17 jaar
twee jaar ouder dan Liesbeth. Van
liefde was aanvankelijk geen sprake,
hoewel ze vanaf die eerste ontmoeting
onafscheidelijk waren. Het
echtpaar kreeg twee zonen en zijn
de trotse grootouders van een kleindochter
en een kleinzoon. Hans was
van 1959 tot 1972 werkzaam in
steenkolenmijn Julia. Na de mijnsluiting
ging hij aan de slag bij Licom,
waar hij 25 jaar in dienst is geweest.
Liesbeth heeft tot aan de geboorte
van haar oudste zoon bij
bakkerij Odekerken als winkelbediende
gewerkt en later bij Debetz
Meubelen.
Liesbeth Ploum en Hans Kockelkorn.
Foto Peter Trompetter
Romeinse villa Voerendaal lag op toplocatie
In de rubriek Van Nul tot Nu gaat
Martin van der Weerden in op de
veelzijdige historie van deze regio.
Zuid-Limburg was aantrekkelijk
voor agrarische ondernemers in
het Romeinse Rijk. Van hieruit
werden de grenstroepen in Keulen
en Xanten bevoorraad.
1800 meter en een kleine watertoren
aan het eind.
In het recent verschenen Jaarboek
2022 van het Limburgs Geschied-
en Oudheidkundig Genootschap
(LGOG) staat een mooi overzichtsartikel
over de Romeinse villa in
Voerendaal, geschreven door Henk
Hiddink.
woonhuis van de eigenaar. Restanten
van villa’s zijn er ook gevonden
in Simpelveld, Kaalheide en
Hoensbroek, maar die van Voerendaal
is waarschijnlijk net een maatje
groter geweest. Alleen al het
hoofdgebouw meet veertig bij
twintig meter. De zuilengalerij aan
de voorzijde vormt een front van
130 meter. Men beschikte over een
areaal van ongeveer 200 hectare
vruchtbare landbouwgrond. Wat
deze villa echt bijzonder maakte,
was de beschikking over een eigen
aquaduct (waterleiding); weliswaar
niet te vergelijken met de
Pont du Gard bij Nîmes, maar toch
met een lengte van waarschijnlijk
van nul tot nu
Door Martin van der Weerden
Archeologie is een arbeidsintensieve
en soms langdurige bezigheid.
Kort nadat rijksarchivaris Jos Habets
op de hoogte was gekomen van
een mogelijke Romeinse villa bij
Voerendaal, begon hij in 1892 op
kosten van het Rijk met opgravingen.
Helaas speelde zijn zwakke gezondheid
hem parten en overleed
hij het jaar daarop, toen het onderzoek
nog lang niet was afgerond. De
opvolger die het onderzoek in 1929
weer wilde oppakken, werd snel
door de pachter weggejaagd. Een
omstreeks 1948 uitgevoerd onderzoek
was nogal slordig en beknopt.
Pas veertig jaar daarna werd het
villagebied stevig onderzocht door
een team van twintig mensen. De
uitwerking van de resultaten werd
echter uitgesteld vanwege ‘andere
prioriteiten’. Pas in de afgelopen
vijf jaren is deze klus door een team
van specialisten geklaard en ligt er
eindelijk een degelijk rapport.
Een Romeinse villa is een gespecialiseerd
landbouwbedrijf én het
Bronzen
kistbeslag,
meubelbeslag
in de
vorm van een
vrouwen
kopje, gordelbeslag,
een
ijzeren
schrijfstift en
een glazen
flesje. Foto
Diederick
Habermehl
kunnen we ze dat ook niet kwalijk
nemen!”
Een haan als huisdier?
„Een haan houden bij hennen heeft
een aantal voordelen. Een haan
zorgt voor rust en voor een gemoedelijke
sfeer. Ook waakt een haan
over zijn meiden en waarschuwt hij
voor bijvoorbeeld katten en overvliegende
roofvogels. Daarnaast
zijn haantjes vaak erg mooi om te
zien en kan hun gekraai een enorm
landelijk gevoel geven.”
Wat vragen ze qua verzorging?
„Vanwege de vogelgriep hebben kippen
lange tijd niet los mogen lopen
in de tuin. Nu kan het gelukkig weer.
Frenkie en zijn dames vragen een
mooie tuin of erf om in te scharrelen
en een veilig en droog nachthok om
in te slapen.”
Dier van de week
In Dierenbeschermingscentrum
Limburg zitten tientallen honden,
katten, konijnen en vogels die
dolgraag een nieuw baasje willen.
Elke week zet Saskia Thijssen
dieren in het zonnetje en deze
week is dat Frenkie de haan met
zijn dames.
Wat is Frenkie voor een haan en
waarom zit hij in het asiel?
„Frenkie is een zijdehoen-haantje
die al zwervend op straat is aangetroffen.
In ons asiel schoot cupido
raak toen Frenkie twee bruine leghenntjes
zag. ‘Die zijn voor mij!’,
moet hij gedacht hebben. Sindsdien
vormen zij met z’n drietjes een gezellig
gezinnetje. Zijdehoenders
zijn met hun donzige bevedering bijzonder
om te zien. Ze zijn vriendelijk
en zachtaardig, maar zijn geen
fan van regen. Met zulke goede looks
Gaat jouw hart sneller kloppen van deze dieren? Neem contact op met
Dierenbeschermingscentrum Limburg via limburg@dierenbescherming.nl
Ingezonden brief
Kerkrade, Jan Hanlo en het gedicht ‘Oote’
De wortels van de bekendheid van dit
gedicht liggen enkele jaren ervoor. Op
18 oktober 1950, het feest van Sint Lucas
(de patroon van de schilders),
werd in Kerkrade, ten huize van de
kunstschilder Peter Moonen, de
kunstgroep Dichter en Schilder opgericht.
Aan de basis stonden onder
meer schrijver en dichter Otto van
Loo (pseudoniem Jos Savelsberg),
journalist Wim Cobben, kunstbeoefenaar
May Ernes en schilder Piet
Moonen.
De kunstgroep debuteerde zaterdag
2 december 1950 in lokaal Rutten op
de Markt in Kerkrade. Schrijver/
dichter Paul Haimon droeg voor uit
de pas verschenen dichtbundel Zes
minnaars die werk bevatte van Frans
Babylon, Hans Berghuis, Paul Haimon,
Leo Herberghs, Loe Maas en….
Jan Hanlo.
Paul Haimon kreeg de dag voor de
kunstavond een telefoontje van mevrouw
Hanlo-Crobach dat Jan Hanlo
wegens ziekte (maagproblemen) de
kunstavond niet kon bijwonen.
Maar hij had wel nog een gedicht gestuurd
naar Otto van Loo om voor te
dragen: Oote Oote Boe. Paul Haimon
schreef hier in 1960 in de Volkskrant
het volgende over: „Ik kreeg Oote
voor het eerst voor me toen ik op het
podium stond. Otto (van Loo, HN)
dacht nog dat het niet kon, hij vreesde
dat zijn publiek het te gek zou vinden.
En het zou niet zijn voor te dragen!
Jazzorkestje
Ik zag de instrumenten van een jazzorkestje
in een hoek van de zaal liggen
en dacht erover na of dat gedicht, of
dat klankspel, misschien zo kon opgevat
worden als de jazz bij de muziek.
Ik las Oote oote oote / Boe / Oote oote, en
het gehele klankspel met ‘Hhd d d’ ‘Da
da demband’. Het was een vreemde
gebeurtenis, maar wij waren er met
velen die vonden dat het zeker zoveel
een gebeurtenis als vreemd was.”
Het gedicht werd begin 1952 in het
tijdschrift Roeping geplaatst. Niet
lang erna verscheen het in Elsevier’s
weekblad (met zetfouten).
Henri Nijsten
(Bronnen: Limburgsch Dagblad, De Volkskrant,
Kerkrade Onderweg deel IX, Trouw,
Dagblad voor Noord-Limburg)
In de uitgave van VIA Parkstad van
woensdag 26 juli stond een artikel,
van Ton van Reen, over dichter Jan
Hanlo. Van Reen vertelt over
Hanlo’s gedicht ‘Oote Oote Boe’
dat de nationale pers haalde toen
de VVD’er Wendelaar zich in 1952
in de Eerste Kamer uitliet over dit
gedicht en het een ‘onaanvaardbare
vorm van kunst’ noemde.